En plots dook van der Sluis weer op
de kinderkop, een struikelsteentje
de wrang en bang herinnering
een stenen en een kop'ren ding
...
De rimpels van een achttienjarige
de prille baardhaartjes van dons
de rimpelige brede frons
en honderd Eritrese parels
...
Lof voor de imperfectie
is mijn afvoer goed
spuit de pomp te snel water
is de afvoer dicht of haperig
...
Terwijl de lijster buiten zingt
de luiken zo naar boven dwingt
zingt onder stil een ander lied
het is het grote traanverdriet
...
Laten we begeerlijk
smerig maar eerlijk
Kut tot compliment lanceren
laten we de Lul vereren
...
Als de vrouw strijd voor haar vrouwelijkheid
raakt ze haar mantelpakje kwijt
die witte jurk op bruiloftsfeest
die is nu rood al door haar queeste
...
De slurf klinkt als een slappe band
men heeft de speld aan olifant
het porselein is weggeroofd
het beestje had zich uitgesloofd
...