Pasen 1916 (W.B. Yeats) Poem by Oilibheir Álain Christie

Pasen 1916 (W.B. Yeats)

Ik heb ze aan het eind van de dag ontmoet,
Met levende gezichten zoals ze terugkwamen
Van een toonbank of een bureau tussen grijs
Huizen uit de achttiende eeuw.
Ik kwam voorbij met een knikje van het hoofd
Of een paar beleefde, betekenisloze woorden,
Of ik bleef een moment en vertelde
Beleefde betekenisloze woorden,
En dacht voordat ik het had gedaan
Van een spottend verhaal of een grap
Om een metgezel te behagen
Rond het vuur in de club,
In mijn verzekering dat zij en ik
Leefden alleen waar de narrenpak werd gedragen:
Alles is veranderd, volledig veranderd:
Een vreselijke schoonheid is geboren.

De dagen van deze vrouw werden besteed
In onwetende goede wil,
Haar nachten in ruzie
Tot haar stem schril werd.
Welke stem zoeter dan de hare
Wanneer, jong en mooi,
Ze reed om de indringers af te slaan?
Deze man had een school gehouden
En bereed ons gevleugeld paard;
Deze andere, zijn helper en vriend
Kwam in de volle kracht van zijn schrijftalent;
Hij zou bekendheid hebben gewonnen op het einde,
Zo gevoelig leek zijn aard,
zo stoutmoedig en zoet zijn gedachte.
Deze andere man die ik had gedroomd
Een dronken, opschepperige schurk.
Hij had het bitterste kwaad gedaan
Aan sommigen die dicht bij mijn hart zijn,
Toch nummer ik hem in het lied;
Ook hij heeft ontslag genomen van zijn rol
In de goedkoope komedie;
Ook hij is op zijn beurt veranderd,
Volledig getransformeerd:
Een vreselijke schoonheid is geboren.

Harten met één doel alleen

De hele zomer en winter door, lijken

Betoverd in een steen
Om de levende stroom te verstoren.
Het paard dat van de weg komt, 

De ruiter, de vogels die zich uitstrekken

Van wolk tot tumultueuze wolk, 

Minuut na minuut veranderen ze; 

Een schaduw van wolk op de stroom

Verandert van minuut tot minuut; 

Een paardenhoef glijdt over de rand,
En een paard spettert erin; 

De langbenige sneeuwduivinnen duiken,
En de duivinnen roepen om sneeuwhanen; 

Minuut na minuut ze leven:
De steen bevindt zich in het midden van dit alles.

Een te lang offer
Kan een steen des harten maken.
Oh, wanneer zal het volstaan?
Dat is het rol van de Hemel, onze rol
Om naam op naam te mompelen,
Zoals een moeder haar kind noemt
Wanneer de slaap is eindelijk gekomen
Over ledematen die wild waren.
Wat anders is het, maar vallen van de nacht?
Nee, nee, niet nacht maar de dood;
Was het onnodige dood na al?
Was het nodeloze dood na al?
Daar Engeland mag zijn geloof houden
Voor alles wat gedaan en gezegd is.
We kennen hun droom; genoeg
Om te weten dat ze gedroomd hebben en dood zijn;
En wat als teveel liefde
Hen verbijsterd tot ze stierven?
Ik schrijf het uit in een vers -
MacDonagh en MacBride
En Connolly en Pearse
Nu en in de tijd die nog moet zijn,
Waar dan ook groen wordt gedragen,
Worden veranderd, totaal veranderd
Een vreselijke schoonheid wordt geboren.

Pasen 1916 (W.B. Yeats)
This is a translation of the poem Easter, 1916 by William Butler Yeats
Friday, February 2, 2018
Topic(s) of this poem: elegy,historical,patriotism
COMMENTS OF THE POEM
Close
Error Success