HOTEL Poem by Remco Campert

HOTEL

voor Cees Nooteboom
Laat najaar
weer sloeg om
storm besprong de palmen
vlaagde door de gangen van het hotel
laatste gasten pakten hun biezen -
het Engelse echtpaar op brekebenen
het mooie meisje en haar moeder
die lange sigaretten rookte
en op iets wachtte dat niet kwam
de tennisster op zijn retour -
ik bleef achter
het personeel tot last

in dit hotel was ik diep-ongelukkig
dat ging weer eens vanzelf
toch bleef ik waar ik was
het nog onbegonnen boek
als een reusachtig ei in mijn armen
zelfbedachte krachtproef
waar niemand om vroeg

ik dacht aan jou op je eiland
of op weg tussen twee continenten
al vertrokken voor je aankwam
beweging je verweer
zo anders dan ik, zo hetzelfde

bij die gedachte
roerloos in het vreemde nest gezeten
kreeg ik vleugels
genas ik, werd ik genezen

COMMENTS OF THE POEM
READ THIS POEM IN OTHER LANGUAGES
Close
Error Success