KIEL Poem by Ruth Lasters

KIEL

Boten dragen baarden onder water,
wier- en algenslierten, vaartvertragend

als groeiden daar moedwillig verder baarden van
verloren vaders, die niet één keer hoorden: Paps, je deed het Goed-

geschoren kielen klieven messcherp
snel. Nooit raken bootbaarden oceaanbodems of worden ze zo lang

dat wie hen duikend ontwart kieuwen
nodig heeft. Voor iedereen is het een andere verrukkelijke wandeling

- voor mij die langs deze verweerde kade - waar wij elk
het niet hebben van kieuwen voor

betaalden.

COMMENTS OF THE POEM
READ THIS POEM IN OTHER LANGUAGES
Close
Error Success