er zijn tuinen die aan iemands waakzame blik
zijn ontsnapt en waarin de hemel zo helder
en koel is als soms aan een zee in het zuiden
je zit er aan tafel en praat met de buren, je drinkt er
hun wijn, straks komt de mist in de mastbomen
hangen en in het lover waarin vroeger kinderen
speelden en je hun stemmen kon horen, nu slaat
een merel alarm, het gezin moet gered maar wij
kunnen niet helpen, de avondzon schijnt op het glas
van de serre, de lauwe, weerbarstige wind wiegt het riet
zachtjes start in de verte een motor, de ijsjesverkoper
moet komen maar de kinderen zijn er nu niet
This poem has not been translated into any other language yet.
I would like to translate this poem