Rutger Kopland Poems

Hit Title Date Added
1.
IN DE MORGEN

Er moet iets zijn als we inslapen
we gingen liggen en sliepen in

wat was het dan - terwijl de laatste woorden
voor de wereld ijler en ijler werden:
maanlicht, verre hond, zacht ademen,
geuren van een man, een vrouw,
nacht, nacht en nog eens - wat was het

dat zei, terwijl ook het laatste woord nacht
was gedoofd: dit zijn onze eigen armen nog
waarin we uiteenvallen in dit zwarte gat
dit is nog ons eigen lichaam

dat iets zei, terwijl er geen woorden meer waren

er moet iets zijn nu het woord morgen
langzaam oplicht en het morgen is
dat ons bijeen hield en loslaat
zoals we hier liggen
...

2.
IN THE MORNING

There must be something as we go to sleep
we lay down and went to sleep

what was it then - as the final words
for the world grew fainter and fainter:
moonlight: far-off a dog, quiet breathing,
odour of a man, a woman,
night and once again night

that said, as even the last word night had been
put out: these are still our own arms
in which we fall apart into this black hole
this is still our own body

that said something, while there were no more words left

there must be something now the word morning
slowly lights up and it becomes morning
that held us together and lets us go
as we lie here like this
...

3.
JOHNSON BROTHERS LTD

Vroeger toen mijn vader nog groot was,
in de uitpuilende zakken van zijn jas
gevaarlijk gereedschap, in zijn pakken
de geuren van geplozen touw en lood,
achter zijn ogen de onbegrijpelijke wereld
van een man, een gasfitter eerste klas
zei moeder, hoe anders heb ik mij moeten
voelen vroeger toen hij de deuren sloot
voor haar en mij.

Nu is hij dood, ben ik ineens zo oud als
hij, blijkt tot mijn verbazing dat ook in hem
verval was ingebouwd. In zijn agenda zie ik
afspraken met onbekenden, aan zijn muur
kalenders met labyrinten van gasleidingen,
op de schoorsteenmantel het portret van
een vrouw in Parijs, zijn vrouw, de onbegrijpelijke
wereld van een man.

Kijkend in het porseleinen fonteintje uit
de dertiger jaren met de twee lullige leeuwen:
Johnson Brothers Ltd, hoog in het dood-
stille huis het droevige sloffen van moeder,
jezus christus vader, komen de tranen
om nu en om toen, vloeien ze samen
in het lood van de zwanenhals,
niet meer te scheiden van de druppels
uit het koperen kraantje met cold.
...

4.
JOHNSON BROTHERS LTD

In those days when my father was still big,
dangerous tools in the bulging pockets
of his jacket, in his suits the odours
of teased-out twine and lead,
behind his eyes the incomprehensible world
of a man, gas-fitter, first class,
said mother, in those days how different
my feelings were, when he would shut the doors
on her and me.

Now he is dead and I am suddenly as old as he,
it turns out to my surprise that he too had
decay built into him. In his diary I see
appointments with persons unknown, on his wall
calendars with gas-pipe labyrinths,
on the mantelpiece the portrait of a woman
in Paris, his woman, the incomprehensible
world of a man.

Looking into the little hand-basin of porcelain
dating from the 'thirties, with its silly pair of lions,
Johnson Brothers Ltd, high up in the dead-still
house the shuffle of mother's slippers,
Jesus Christ, father, here come the tears
for now and for then - they flow together
into the lead of the swan-neck pipe,
no longer separable from the drops that come
from the little copper tap marked "cold".
...

5.
ALS DE PAGINA'S VAN EEN KRANT

Zoals de pagina's van een krant
in het gras langzaam om
slaan in de wind, en het is de wind
niet, die dit doet,

zoals wanneer een deken in de avond,
buiten, ligt alsof hij ligt
te slapen, en het is de deken
niet, zo

niets is het, niets dan de verdrietige
beweging van een hand, de weerloze
houding van een lichaam,

en er is geen hand, er is
geen lichaam, terwijl ik toch
zo dichtbij ben.
...

6.
LIKE THE PAGES OF A NEWSPAPER

Like the pages of a newspaper
flapping slowly to and fro in the grass
and it is not the wind
that is doing this,

as when of an evening, a blanket,
left outdoors, lies as though it lay
asleep, and it is not the blanket,
so near it is

to being nothing, nothing but the grieving
gesture of a hand, the vulnerable
attitude of a body,

and there is no hand, there is
no body, while I, after all,
am so close.
...

7.
BERICHT VAN HET EILAND CHAOS

Hoe lang zijn we hier nu al, vrienden,
het was ooit bedoeld als vakantie,
maar wat het nu is -

We zagen de folder: Chaos, dames en heren,
Uw eiland; de glanzende foto's,
de helblauwe Chaotische baai,
het krijtwitte vissersdorp Krisis.

We lazen dat het eiland wordt geprezen
om zijn zeer diepe rust,
de laatste bewoners worden zelfs
gelukkig genoemd onder hun plataan.

Wij dachten dat het een grap was
en gingen er heen, maar of het zo is -
we zitten op de kade
iedere dag

en aan onze voeten ligt een van de honden
iedere dag, bang dat wij weggaan.

Wij zien hoe de Hagia Katastrophi
daar voor anker ligt, langzaam
helemaal wordt bescheten door de meeuwen,
ligt te wachten op passagiers.

Hoe lang al, onze geschiedenis wordt
hoe langer hoe vreemder.

Mocht dit bericht jullie ooit bereiken
of mocht dit niet zo zijn.
...

8.
PORTRET MET HOND

Die hond en ik. Hij heeft zich
teruggetrokken in zichzelf, en ik

- ik had mijn hand op zijn rug
gelegd, zijn huid rimpelde,
ik had hem aangekeken en hij
keek op in mijn gezicht alsof
hij iets zocht uit mijn mond,
ik had iets gemompeld en
hij legde zich neer, zuchtte
en sliep in -

ik moet iets zijn geweest in
die hand, dat gezicht, die mond,

iets dat ik heb gekend, maar nu
verborgen is in hem, die hond.
...

9.
PORTRAIT WITH DOG

That dog and I. He has withdrawn
into himself, and I

- I had laid my hand
on his back, his coat wrinkled,
I had looked into his eyes and he
stared up at my face as though
he was looking for something from my lips,
I had muttered something and
he laid himself down, sighed
and went to sleep -

I must have been something
in that hand, that face, those lips,

something I once knew, but that is now
hidden away in him, that dog.
...

10.
GESPREK

Ze kijkt me vragend aan
je zwijgt zegt ze en waarover

inderdaad waarover zwijg ik
en ik begin te zoeken naar
een antwoord

ik kijk voorbij haar gezicht
naar de muur en van de muur
naar het raam en van het raam
naar mijn handen in mijn schoot
en weer terug naar haar gezicht

ze kijkt mij nog steeds aan
ik hoor de stilte in haar kamer

ik zou willen zeggen dat ik zwijg
over mijzelf want ik weet niet
wie dat is
...

Close
Error Success