Vanity Fair Poem by Madrason .

Vanity Fair

Ze zocht wat troost en kwam zo heel plots naast me staan
ze vroeg me naar mijn baan, mijn geld, mijn loon, mijn reden van bestaan
maar ik stond perplex Oost-Indisch doof en kon geen woord verstaan
zo ziet U maar dat schoons zomaar een moord-tje kan begaan
ach krokodil uw traan is waan en hindert u nog bij het staren
is zo de ziende mens niet sneller werkelijk blind nog bovendien
zo liep ze door en wilde niets meer van ‘mijn' schoonheid zien
en struikelde in zeven sloten maar kon het zelf niet verklaren;
die niet op erwten zit maar loopt op hoge hakken, telkens blaren. M

Saturday, December 9, 2017
Topic(s) of this poem: vanity
COMMENTS OF THE POEM
READ THIS POEM IN OTHER LANGUAGES
Madrason .

Madrason .

waalwijk netherlands
Close
Error Success