In de donkere schoot
daar schiet men en poot
al in de donk're aarde
men wroet er naar wat waarde
maar de aardige slimme meid
die heeft voor Jeuk geen tijd
ze is te wijs en niet bereid
en wordt zo al te snel wel
vervolgd met het grote verwijt
‘'t is de frigiditeit'
maar zij is nimmer koud geweest
mijn vingerkootje speelde in haar
warme schootje en dat zo zonder spijt
want als het de gemene speen -toen-
was geweest als spade tot een diepe Grond
dan wemelden er en hier nu gezond
wel 13 van haar kind'ren rond! M
This poem has not been translated into any other language yet.
I would like to translate this poem