Ze viel plots zomaar
uit de donkere lucht
alsof vermoeid
uit vogelvlucht
zoals auguren kunnen.
Onbestuurbaar
op de golven dijend
die haar dragen
in haar klagen
ze reist nogal graag.
Ze is en zal het altijd zijn
als een kind zo klein
met grote ogen
die regenbogen zien
waar ze nooit zijn.
En als ze met getuitte lippen
plots wakker wordt
schieten tranen tekort
voor haar beeld terug
pijn in haar rug
versleten veren.......
en de gevluchte heren
van haar zelfbedrog
Het leven is haar kindertuin
waarin ze zo graag leeft
maar ook in geworpen heeft
ze huilt door het geplaag
maar zit ondertussen op
de zandkastelen van de
wonden die nooit helen
geduldig patience
te spelen met zichzelf.
This poem has not been translated into any other language yet.
I would like to translate this poem