(Ze vertelt:) je merkt het niet eens aan dat het geheugen
gaat, ik tenminste,
maar aan zijn doen en laten. Onhandigheid,
verkeerd woordgebruik. Hij begon
Hij begon met zijn been te breken met skieën, dat was
uit een soort bravoure. Terwijl hij altijd ontzettend zorgvuldig
was.
Ontzettend zo zorgvuldig was. En ook. Ik
Ik zag het aan zijn tennissen ook.
Hij tenniste niet meer aanvallend,
het was alleen verdedigend.
Op de kinderen redigeerde hij vreemd. Rea.
Dat zei ik
En continu hetzelfde boek mee op vakantie.
En op zijn werk. Hij wou maar/zo (op de brug) blijven,
(de kapitein op het schip), zijn
zijn collega's hielden een hand
boven zijn hoofd. Hem de.
Maar steeds iets beginnen dat al af is,
telkens en telkens, het
het ging niet meer.
Uiteindelijk thuis zo lang het tehuis
Nu ik dit zo gezien heb (vertelt ze;
het waait, maar dat is buiten), meegemaakt, hij
ik weet niet eens hoe ik me hem herinneren moet
hij was niet eens niet meer dezelfde
en natuurlijk hij is er ook nog . . .
maar nu dit zo
weet ik met de dood is er niets meer weet ik
zeker weet ik.
This poem has not been translated into any other language yet.
I would like to translate this poem