IJzer slaat ijzer op een stoel van ijzer,
gehaard, gehard vindt zij haar ware aard,
cirkelsegment op snee, haar ware doel,
het zwad dat zij onthoofdde, aait en draait.
De wetsteen scherpt haar in: wees koel, wees wreed.
Het zandglas en de knekels zijn haar vreemd,
in dauw op gras vindt zij haar element.
Zie hoe zij zwaaiend door het hooiland rent.
This poem has not been translated into any other language yet.
I would like to translate this poem